Dit is het genealogisch credo van Landsrichter Otto Grobefert in Graudenz, waarnaar handelde, bij het schrijven van zijn familiegeschiedenis een kleine honderd jaar geleden, mét overgave, de werktuigbouwkundig ingenieur W.J. Hoffmann J.Jzn. In zijn vrije tijd las hij alles wat hij kon vinden over de zeventiende- en achttiende-eeuwse politieke, economische, geestelijke, religieuze, wetenschappelijke en artistieke verhoudingen in Duitsland (daartoe vanwege de aanwezigheid van een Duitse tak in zijn stamboom veroordeeld) en trachtte er de ‘leer’-heid van zijn genealogische Aufzeichnungen mee te vullen. Ik bewonder dat.
345 pagina’s zijn het geworden (Geschiedenis van de Familie Hoffmann uit Hachenburg. Deel I. De Duitsche Familie, 1925) en om eerlijk te zijn: zijn doden blijven dood. Nou moet ik wel zeggen dat het zondagavond is, dat ik moe ben en er alleen nog maar wat in heb zitten browsen. Misschien dat ze toch wel gaan leven als ik het grondig ga lezen, waar ik, om eerlijk te zijn, best wel zin in heb.*
‘Familie Uitgave – Niet in den handel’ heet het op de titelpagina. Ik vond ook niet het boek zelf. Iemand heeft het in zijn geheel gefotokopieerd, minus de illustraties en er een ringetje doorheen geslagen. Deel twee vond ik niet.**
* Een paar jaar geleden was ik in het Westerwald, oostelijk van de Rijn nabij Koblenz, de Wohnsitz van de Duitse Hoffmanns. Ik kan hier wel verklaren dat het opzoeken van de doden in de 'Stätte ihres Wirkens' vandaag de dag weinig zin meer heeft en dat niet omdat de laatste Hoffman er al lang geleden is gestorven.
** Over de Rotterdamse Hoffmann-tak. Kondigt het aan. Is misschien wel niet afgekomen: aan deel 1 heeft hij twintig jaar (!) gewerkt. Wel vond ik dit:
Johann Frederik Hoffmann en Zonen Rotterdam
Johann Frederik Hoffmann en Zonen Rotterdam
Geen opmerkingen:
Een reactie posten