zaterdag 31 december 2011

Cyclostyleren (2)

In de raadsvergadering van 20 januari 1956, komt het lid Beex nog eens terug op de notulenkwestie: is het moment niet daar, nu immers de 'personeelsbezetting ter secretarie behoorlijk is', om de notulen aan de raadsleden op te sturen, dan wel aan huis te laten bezorgen? Opdat de raadsleden er ruim vóór en niet pas tijdens de vergadering waarin ze moeten worden vastgesteld kennis van kunnen nemen? (Men herinnere zich, dat vier jaar eerder besloten was tot het voorlezen van de notulen, bij het begin van elke vergadering, na het gebed)

Het antwoord van burgemeester van Woensel is teleurstellend:
Het spijt de voorzitter hierop nog steeds niet te kunnen ingaan gezien de hopeloze toestand om in een vertrek als de tegenwoordige secretarie te werken. Hier toch zitten 7 personen, ongerekend het bezoek van opzichter, voorwerker, bouw- en woningtoezicht, enz. Het is begrijpelijk, dat van een accuraat werken nog geen sprake kan zijn, hetgeen zich vooral uit in het maken van tikfouten op de schrijfmachine.
Een mens kan zo niet typen! Met zijn zevenen op een kluitje en dan ook nog die steeds maar binnenvallende collega's van bouw- en woningtoezicht...

Beex laat het daarbij. Al lijkt het antwoord van de burgemeester me nogal onbevredigend. De gemeentesecretaris werkte en typte toch al jarenlang trouw de notulen uit? Zelden of nooit foutloos?! Waarom moest het ineens foutloos? En hadden ze bij ons dan geen:



Van cyclostyleren is dan geen sprake meer.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten