woensdag 18 december 2013

Domuit pestilentiam pecoris

In  1865 brak in Brabant* de runderpest uit, veepest geheten toentertijd. Volgens de krant was het zo erg dat de veestapel met de ondergang werd bedreigd. Het zou tot eind 1867 duren voordat de ziekte onder controle was. Dat dat uiteindelijk lukte, moet niet in de laatste plaats te danken zijn geweest aan Jhr. Mr. P.J. Bosch van Drakenstein, de toenmalige Commissaris des Konings. In de archieven van de gemeente Hoogeloon althans, treft men sporen eener Commissie ‘belast met het doen vervaardigen der aan den Heer Commissaris des Konings aantebieden Kunstvoorwerpen, als bewijs van erkenning zijner groote verdiensten in het beramen en doen uitvoeren van doeltreffende maatregelen tot wering en voorkoming van verspreiding der Veepest in 1865-1867.’** Het geldt hier een woord van dank aan de burgemeester voor diens bijdrage – financieel alle kans – aan de realisatie van gezegde ‘kunstvoorwerpen’, welke drieërlei waren: 1) een koe op een voetstuk, 'kunstig gedreven', 0,56 el hoog, van massief zilver en geplaatst in een ‘stolp van kristal’ en 2) + 3), ik citeer:

Een ALBUM, bevattende de namen van hen die voor een en ander hebben bijgedragen, waarvan de schutbanden sierlijk zijn gesneden in ebbenhout, waarin zijn geplaatst twee zilveren Bas-reliefs, beide zijn even toepasselijk als schoon, het eene stelt voor de hulde aan de provincie Noordbrabant, haar wapen staat op een voetstuk dat door twee kinderen met bloemenkransen wordt versierd, een derde kind de wapens der drie arrondissementen aanbrengende als bewijs van hulde.
Een Kistje van mahoniehout tot berging van het album, luisterrijk met beeld- en ornamentwerk versierd.

Ebbenhout in mahoniehout. Een boek met handtekeningen ingebonden in hout. Op de halfjaarlijkse vlooienmarkt op Koningshof heb ik wel eens een houten, zij het wat recenter en ongetwijfeld minder barok boek zien liggen, een jubileumboek van Picus N.V. Houtindustrie Eindhoven, als ik me goed herinner. Ik dacht dat het kinderspeelgoed was en heb het aan een ander gelaten, die er in nogal verontrustende mate mee in zijn sas was.

De koe was me wat:









* en elders: de ziekte kwam uit Engeland en bereikte ons, alsook de provincie Utrecht via Rotterdam
** gemeentearchief, ingekomen stukken. Een hele omslag met stukken over de aanbieding van het geschenk bevindt zich in het gemeentearchief van Haaren, 1811-1943, BHIC 5009-806.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten