woensdag 3 juli 2013

Zwarte stern

Afgelopen zondag was ik in het dorpje Kekerdom, gelegen aan de Rijn (ik lat in Beuningen). Ik heb er gewandeld door de Millingerwaard. Boven een van de vennen daar, zag ik een troep grijszwarte vogels die ik niet kon thuisbrengen. Ze waren een stuk behendiger dan meeuwen en hadden spitse vleugels, de vleugels van zwaluwen. Hun vlucht had ook de grilligheid van die van zwaluwen en ze vingen al vliegend insecten.
Thuis (Beuningen) in het boek gekeken bij de meeuwen. Daar stond hij niet bij. Wel leek hij op de zwarte stern, een (zeldzame) zomergast volgens het boek. Insectenvanger, lijkend op een zwaluw. Bingo dacht ik en wilde hem schrijven (‘Millingerwaard, 30 juni 2013’) maar mijn vriendin eiste meer bewijs. De stern associeerde ze met ScandinaviĆ« en ruige kusten, die van Cornwall of Bretagne.
Dat bewijs vond ik thuis (Hapert), in een column in de Kempenaer. Volgens de columnist overwintert de zwarte stern hier al generaties lang, in ieder geval sinds diens jeugd en ik vermoed dat hij die al lang achter zich heeft. Wij kennen hem (vogel) als de 'venkraai' of de 'moeraszwaluw'.

Op de rommelmarkt in Kekerdom, mijn eigenlijke bestemming, vond ik een boek over de geschiedenis van de Sint Martinusschool in Millingen*. Ik had tijd en een ticket met recht op een kop koffie, dus ben ik het gaan lezen op het terras met uitzicht over de velden. En zie hoe klein de wereld was: verbonden aan het – toen nog – meisjespensionaat van het Gezelschap van Jezus, Maria, Jozef in Millingen, was zuster Andrea Wilbers, geboren op 7 maart 1891 in Steensel, dochter van een pottenbakker.** Klein te meer, omdat ik me hier (Eindhoven) in het Historisch Centrum al wekenlang zit te verdiepen in de pogingen van burgemeester Panken om ene F.J. Wilbers naar Duizel-Steensel te halen als nieuwe gemeentesecretaris. Uit de stukken blijkt dat F.J. op dat moment (1918) in Nijmegen werkte en ik begrijp eerlijk gezegd niet goed waarom hij in Godsnaam naar Duizel zou willen komen, een exorbitant hoge jaarwedde die Panken vanwege de schaarste aan goeie gemeentesecretarissen bereid was te betalen, daargelaten.*** Daar in Kekerdom dacht ik even dat F.J. een broer was van Andrea (16 kinderen thuis!) en terug wilde naar zijn roots.
Dat blijkt toch niet zo te zijn: F.J. had zijn roots in Arnhem. Hij had weliswaar familie in Erp maar dat is nog lang geen Steensel. Zo klein is de wereld helemaal niet. F.J. heeft de vacature in Duizel alleen gebruikt om zijn jaarwedde in Nijmegen te verbeteren. Naar Steensel heeft hij zijn schreden nooit willen richten. Panken zou nog tot het najaar van 1919 moeten blijven dubbelen als burgemeester en gemeentesecretaris.

Andrea werd in 1891 ingeschreven als Hendrica Wilbers. Ik begrijp niet hoe ze Andrea kon zijn als ze Hendrica was; was Andrea haar naam als religieuse?****  Andrea-Hendrica gaf in Millingen les aan de M.U.L.O. en aan de 'Lagere School'***** en wel van 1929 tot 1951. Ze was wat je noemt een bekendheid ter plaatse en het dorp harer geboorte ten tijde van haar pensionering (65) zo goed als vergeten:


Ze heeft Peerke Leijten nog gekend, moet U weten, en haar vader de pottenbakker, de schoenlapper Michiel


* St. Martinus in Millingen aan de Rijn, Millingen 2007. Uitgave van Heemkundekring De Duffelt
** Ik wilde schrijven dat ze er les gaf maar les gaf ze vermoedelijk in het dorp, aan dorpsmeisjes zowel als pensionaires. Niet op het pensionaat. Het aan haar gewijde hoofdstukje is een verkorte weergave van een stuk van Pater Spann in het orgaan van de heemkundekring, het tijdschrift Van Toen Naar Nu, (jrg. 1973).
*** en met alle respect natuurlijk
**** de naam lijkt in elk geval die van haar vader te zijn, die Andreas heette
***** meisjesschool, jongensschool, gemengd, ik weet het niet. In die verrekte heemkundeboeken wordt altijd zo Godvergeten veel bekend verondersteld ('gelegen waar nu de C1000 is')

Geen opmerkingen:

Een reactie posten