Dat wy verlangen dat M Wintermans in het gesticht verblijft en wel op dat hy in 1867 is ontslagen geweest en zich onmiddelyk weder aan bedelarij heeft op gegeven en daar door veel kosten voor deze gemeente veroorzaakt waar omtrent wy Excellentie te verzoeken zyne Zyne Excellentie Den Heere Minister van Binnenlandsche Zaken te willen voorstellen om hem niet te ontslaan.
Wintermans was een onverbeterlijke armoelijer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten