Op 12 mei 1874 vierde koning Willem III zijn zilveren kroningsfeest.
Meester Schoenmakers van Hoogeloon wilde er voor zijn kinderen een
gedenkwaardige dag van maken:
Hoogeloon 24 April 74
Mijne Heeren,
Langzaam nadert de dag, waarop Zijne Majesteit, onze
geƫerbiedigde koning zijn zilveren feest zal vieren.
Het gansche land zal dien dag van zijn vreugde doen blijken;
de geheele natie zal op 12 Mei feest vieren.
Ik ook zou gaarn dien dag voor mijn schoolkinderen een
gedenkwaardigen dag doen zijn; niet zoo zeer om hen op versnaperingen te
onthalen, want dit is slechts van voorbijgaanden aard, maar om den kinderen op
dien dag een boekje of plaatje te geven, op ’t feest betrekkelijk. Voor slechts
zeven Ć acht gulden zoude ik zulks kunnen bewerkstelligen. Niets is er wat de
kinderen zoo goed weten te waardeeren als zoo’n feestboekje of feestplaat.
Jaren nog naderhand prijkt een plaat aan een wand binnen de woning, en bij elke
gelegenheid wordt het boekje vertoond.
Ik geloof dan ook niet mijn Heeren dat er een gemeente zijn
zal die niet op de een of andere wijze den 12den Meidag een heuchelijke voor de
schoolkinderen zal doen zijn. Onze koning is een der beste monarchen van heel
Europa, wel waardig door ons en de kinderen op een waardige wijze geschat te
worden. Voldoen de heeren aan dit mijn rechtmatig verzoek dan zullen zij ten
zeerste verplichten
Den Hoofdonderwijzer
M. Schoenmakers.
* Ik betwijfel niettemin of er verder veel gedaan is aan het jubileum van de koning. Het was tenslotte het protestantse hoofd van een protestantse natie. Ik denk niet dat wij daar warm voor liepen. Ik denk dat het zilveren feest van de gemiddelde pastoor bij ons uitbundiger is gevierd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten