vrijdag 8 november 2013

Hamburgs kroon

In 1842 woedde er een grote brand in de binnenstad van de Duitse stad Hamburg. De brand brak uit op de vijfde mei en was pas drie dagen later onder controle. Het Handelsblad berichtte dat er tweeduizend gebouwen 'tot asch zijn verteerd (..). Hamburgs kroon is gevallen, en het zal lang duren eer de stad zich van de geleden ramp herstelt.'* De ramp liet ook de gemoederen in Nederland niet onberoerd: zo vlak naast de deur en dan een handelsstad zoals wij er ook hadden, je kon het je levendig voorstellen, of eigenlijk juist niet. De majesteit verordonneerde een 'schaalcollecte' en rond de 25e viel in Veldhoven bij de 'Geestelijkheid der onderscheidene Godsdienstige gezindheden' een schrijven in de bus, waarin de burgemeester aankondigde dat er op de eerste juni gecollecteerd zou worden 'met uitnoodiging aan UWElEerw. om, op den Zondag vóór het doen der Kollecte, onder de Godsdienstoefening Uwe geloofsgenooten tot milde deelneming aan dezelve te willen aanspooren.'**


De Hamburgse brand was een streep door de rekening van de pastoor en de dominee van Hilvarenbeek. Ook daar had brand gewoed en de geestelijkheid was juist goed op stoom met het 'inzamelen van liefdegiften' toen het nieuws uit Duitsland kwam: 'Het valt niet te ontkennen', stond in de krant***, 'dat die vreeslijke gebeurtenis er veel aan toebragt om voor eenigen tijd de aandacht van het ongelukkig geworden Hilvarenbeek af te trekken'. De brand bleek evenwel een geluk bij een ongeluk: 'Sedert echter door de algemeene menschlievendheid in de eerste behoeften aldaar is voorzien, en er zelfs uitzigt bestaat dat het vernielde gedeelte der stad schooner dan te voren herrijzen zal, schijnt men ook meer bijzonder op bedacht te zijn geworden om de wond van het vaderlandsche dorp Hilvarenbeek te heelen. Van verscheidene zijden hebben zich daarvoor reeds stemmen laten hooren, en wij uiten den hartelijken wensch, dat deze weldadige neiging bij onze weldenkende landgenooten, voor wie het eene behoefte is wel te doen, meer en meer moge aanwakkeren, en alzoo ieder naar zijn vermogen eene bijdrage levere, ter voorziening in de nóg dringende behoeften van vele door den brand diep ongelukkig geworden inwoners van Hilvarenbeek.'





* Algemeen Handelsblad, 12 en 13 mei 1842
** Gemeentearchief Veldhoven 1811-1921, invnr. 4433
*** Bredasche Courant, 7 juni 1842

Geen opmerkingen:

Een reactie posten