zaterdag 28 januari 2012

Groeten: De Voetsen (9)

De kaarten over Henk junior.

In augustus 1957 verblijft hij bij J.C. de Moor aan de Sniederslaan 82 in Bladel. Christ en Lies sturen hem daar een kaart vanuit Limoges, Frankrijk, die eindigt met de groet: "Daaaag tot ziens."
Op de Schoolstraat in Casteren ontvangt "de Jonge Heer" een verjaardagskaart van Nelly v.d. Borne, die trots is dat ze de datum onthouden heeft en een kaart van zekere André, die onlangs over was uit Frankrijk en daar "un bon souvenir" aan bewaart.
Op een kaart zonder leesbare stempel en met het Vierwoudstedenmeer in Zwitserland op de fotozijde, meldt Henk zelf, dat hij het niet naar zijn zin heeft "in deze klas" en naar huis wil  ("Nog vele groeten van Henk daaaag").
Rond de 15e april 1966 is hij alleen thuis aan de Schoolstraat en ontvangt een kaart van Christ en Lies en van "Nonkel Willem" en "Tante To" uit Rome ("Prima weer").
Er is een kaart met een foto van Corsair Bay, Lyttelton, N.Z., zonder liniëring, geadresseerde, afzender, postzegel of poststempel, met de volgende tekst:
Zoals het is hier op veel plaatsen uitziet Op het plaatje ben ik al vier keer geweest Het is hier 5 min: lopen vandaan
Het handschrift lijkt sterk op dat van Henk junior.


Ook het handschrift van een met 4 cent gefrankeerde, militaire veldpost-kaart aan Christ Voets, Hoogeloonseweg, Casteren, lijkt op dat van Henk junior. De datum is niet te lezen.


Groeten: De Voetsen (8)

Niet lang geleden stond ik op de snuffelmarkt op Koningshof in Veldhoven, achter een kraam bedoel ik, en raakte daar tijdens de dode momenten tussen het uitpakken en het binnenstormen van de horden in gesprek met mijn buurvrouw, een flamboyante koopvrouw van middelbare leeftijd, die mij vertelde dat ze Das heette en dat de juffrouw Das die ik kende niet zijzelf maar haar zuster was, Annie Das, woonachtig te Reusel. Ik moest maar es wat laten horen. Zou ze leuk vinden.
Dat heb ik niet gedaan. Wat laten horen is niet zo mijn ding.

Als je, zoals ik, schoolging in Hapert tussen 1968 en 1974, ging je het volgende rijtje af: juffrouw Schoenmakers, juffrouw Das (beide in de dépendance aan de Oude Provinciale Weg), meester van de Put, meester Mariën, meester van Gompel, meester van Dommelen. We zaten daar aan de Oude Provinciale Weg in een propvol lokaal, de bankjes in rijen achter elkaar en smalle gangen daartussen. Door die gangen kuierde monter de blonde juffrouw Das, blote benen, kort lichtgroen rokje, fascinérend kort, ik kon daar niet over uit.
Ik heb altijd gedacht dat ze negentien jaar oud was, juffrouw Das, toen. Álle vrouwen die ouder waren dan mijn zus en jonger dan mijn tantes waren negentien jaar oud, toen.
Dat zou betekenen dat juffrouw Das geboren is rond 1950. En dat betekent weer dat zij de mama is op de "heteros"-kaart, de vrouw van Henk junior, die ook zo'n beetje van rond 1950 is.
Memo ergo es.

Ze is maar een jaar gebleven. Meer heb ik van de sixties niet meegekregen.

vrijdag 27 januari 2012

Groeten: De Voetsen (7)

Wilco uit Reusel, Christ en Lies náár Reusel. De oudste kaart daarheen - Molenstraat 2 - is de spotgoedkope van Henk en Peet uit Krakow: 5 juli 1972. Correctie: die van 1 februari 1971 uit Santa Cruz de Tenerife zonder afzender ("We zitten hier droog te kijken. alles goed. Mooi weer").


Wilco zou een neef kunnen zijn, zoon van een broer van Lies, misschien wel de Gijsbersen-Timmermans die we eerder tegenkwamen. Een andere kandidaat is de een of ander op deze:


De Wilco Gijsbers die Google en Facebook ophoesten, lijkt niks op het beeld in mijn geheugen + 30.

Om Wilco maar even te parkeren: de laatste Reuselse kaart viel bij Christ en Lies in de bus rond de 10e juni 1978. Hij kwam uit San Antonio, Spanje en de afzender schreef:

Groeten uit Spanje. De Son is herlich, gemiddeld 35 graden. Appartemento in San Antonio is petto, is niet goedto, Ibiza stadto heteros.
Veel kusjes van papa + mama en tot ziens xxxxx
Niet de ouders van Christ en Lies: uit de adressering van een andere kaart blijkt dat er een "klein-Christje Voets" heeft gewoond aan de Molenstraat 2. Papa = Henk junior. De moeder is een geboren Das.

Groeten: De Voetsen (6)


Nieuw was de Renault R8 in 1962.
De kaart is verstuurd naar de Schoolstraat in Hoogeloon. En toch aangekomen.
De essentie van vakantie was autorijden voor de Voetsen, de essentie van literatuur misschien wel motorrijden.
Ziehier de voorkant:



donderdag 26 januari 2012

Groeten: De Voetsen (5)

In een van de brieven uit zijn boek Kroniek van een karakter* vertelt Jeroen Brouwers over Wilco G., achttien jaar, atheneum, uit "het dorpje Reuzel of zoiets, bij Eindhoven." Wilco was helemaal van Reuzel naar het afgelegen Exel, Achterhoek, Gelderland gereisd, per motor, nadat hij Zonsondergangen boven zee had gelezen. Hij wilde zelf schrijver worden en van de bewonderde Brouwers weten hoe je dat werd:

Zat in dat oranje plastic pak tegenover mij op de bank voor de boekenkast. Hij idolaat. Ik gegeneerd. Had mij net prettig geïnstalleerd om film op buis te kijken. Wou geen koffie of iets. Alleen maar mij aanstaren. Na een uurtje stapte hij weer op en reed op die motor door de nacht, door de stormwind, terug naar zijn dorp ergens beneden de rivieren, twee uur en een kwartier rijden... Zodra hij schrijver is geworden komt hij mij zijn beste boek brengen, zei hij.
Ik denk dat het hier gaat over Wilco Gijsbers. Bedoeld atheneum is dat van het Rythovius College in Eersel, in 1980 niet alleen dat van Wilco maar ook dat van mij. Ik meen dat ik bij hem in de klas heb gezeten maar veel meer dan ik las bij Brouwers - motor, literatuur, Reusel - herinner ik me niet van hem. Dat hij schrijver wilde worden, kan kloppen. Wilde ik ook. Wilde het halve atheneum. Hij is het nog niet. Ik ook niet. We zijn vijftig nu. Heeft hij het opgegeven? Ik wel.

Ik vraag me af of ze Wilco bij de Arbeiderspers in het register hadden gezet (tussen Guido Gezelle en Marnix Gijsen) als Brouwers zijn achternaam voluit had geschreven. Dan was hij het nu geweest, schrijver, als het ware, Wilco.

Hij durfde wel, Wilco: "Vier en een half uur op een motorfiets rijden om een schrijver te overvallen, - ik heb dat nooit gepresteerd". Ik ook niet. Ik begon pas iets te rijden met een motor op mijn veertigste. Wel heb ik de indruk, dat Wilco stiekem gehoopt had, dat hij niet in het donker terug naar huis zou hoeven.


* editie privé-domein, 1992, pagina 133-134

woensdag 25 januari 2012

Groeten: De Voetsen (4)

Opvallend aan de vorige, is natuurlijk die bungalow in de adressering. Bedoelen Jan c.s. het nieuwe huis dat Christ aan het bouwen was? Of is het de bungalow waar de familie in woonde, vóórdat ze het nieuwe huis betrok? Hoe lang duurt het voordat een huis (of een bungalow) af is, nadat het onder dak is geraakt? Een jaar? Geraken ook bungalows onder dak?
Tante Pos had er genoeg aan.

De gemeenteraad mag de Hoogeloonseweg dan al in 1955 naar Hapert hebben verlegd, er blijven tot tenminste juli 1962 groeten arriveren aan de familie Voets ter plaatse. Uit Monschau arriveert er een voor Christ alleen aan de Hoogeloonseweg. Wim en Anny Simons schrijven uit Engeland, eerst aan Lies alleen, dan aan Christ alleen, beide echter woonachtig: Trilbeton, Casteren. Betonbedrijf volstaat ook (familie Gijsbers-Timmermans uit Zwitserland, broer van Lies en vrouw).




Dat het bedrijf nooit ver van huis kan hebben gestaan bewijst een kaart van nicht Mieke of neef Wil uit Los Angeles, Amerikaland, die de Betonfabriek situeert aan de Hogeloonseweg. Een kaart waarop sowieso op een streepje lucht en een plukje gras na, alles draait om beton. Wat is toch een platte kéér?


"vlegwerk" is leuk gevonden. Nicht Mieke of neef Wil?

Groeten: De Voetsen (3)

Zomin als ik weet hoe Henk dat is. Henk is ouder dan Henk junior, die lijkt te behoren tot de volgende generatie, misschien wel naar Henk senior is vernoemd. Henk senior zal een broer geweest zijn van Christ of Lies.

Deze Henk hield van auto's en kwam ergens. Van hem bevat het hoopje kaarten uit: Andorra, uit Sete aan de Côte d'Azur ("We zitten te verrekken van de narigheid in Sètes aan de Franse Rivièra 35-40 graden midden in de stad met een koppeling die stuk is. Platen, drukgroep of as. Ze zullen wel eens kijken. Misschien met kerstmis wel thuis"), uit Krakow van achter het ijzeren gordijn ("Matig weer verder alles oké alles spotgoedkoop"), Gerardmer in de Vogezen ("304 in goede konditie") en Praag. We schrijven dan al 1977.
Hij werd steeds vergezeld door Peet. Auto's heeft hij verschillende gehad.

Onder de bekenden van Christ en Lies, waren er meer die ergens kwamen. Jan, Joke, Corry en Martin in 1959 met zijn vieren. Als ik moet gokken, zou ik zeggen dat ze die zomer via Parijs, Orléans, Limoges en Bordeaux naar Lourdes zijn gereden en onderweg het dorpje Ouradour-sur-Glane hebben bezocht ("détruit le 10 Juin 1944"). Een van de twee kaarten van Jan c.s., toont op de fotokant de ruines. Christ (c.s. misschien) was er ook al eens ("Deze kaart zal je wel bekend voorkomen"). Het weer was "denderend! Alles in de korte broek." Frankrijk, niewaar. Fijn is ook altijd: "De tent doet het goed!"

Op 13 augustus zitten de vier in Monaco, het mooiste wat Jan, Joke, Corry of Martin "tot heden toe" heeft gezien. Christ heeft uit te zien naar de dia's en die zal dat, gegeven de mededeling dat de lokale bevolking "zowat niks aan heeft als een sigaret" waarschijnlijk ook wel gedaan hebben.




Groeten: De Voetsen (2)

Kees, voor ik hem vergeet. De Kees die op 18 juni 1958 schreef dat het huis van Christ en Lies Voets tegen augustus onder dak zou zijn. Dat deed hij uit Parijs. Op doorreis. "Parijs is mooi maar ik hou er nie van", schrijft hij. Op de 18e des avonds reist hij verder, "zonder (voorzetsel dat hij dubbel onderstreept) televisie (enkelvoudig onderstreept) en zonder Volkswagen (geen strepen)".
In zijn afscheidsgroet duikt opnieuw die televisie op: "Het allerbeste en groeten aan de televisie van de blokhut." Voor ingewijden.

Behalve onleesbaar, is hij cryptisch in deze mededeling: "We zagen een zwarte uit ? hier. Morgen is alles weer zwart, maar ik in 't wit." Met dank voor de aan hem betoonde gezelligheid.


Vijf jaar later, op 3 december 1963, is Kees opnieuw in Parijs en schrijft vandaar een bijna identieke kaart: er is opnieuw een Volkswagen, hij is opnieuw op doorreis, "de warmte tegemoet" (Parijs is koud), opnieuw was het fijn bij de "Beton" en: "Succes met 't ouwe ijzer" en hij tekent: "Kees. Heeroom. Afrika." Als ik me niet vergis hebben we te doen met een missiepater: scepsis jegens onnutte westerse nieuwigheden (televisie) en hovaardig urbanisme (Babelstoren), een voorliefde voor rurale genoegens, in het wit vanwege het lidmaatschap eener orde, die der Norbertijnen allicht, ik gok maar en uitgezonden naar de zwarten in dito Afrika.


Tijdens zijn oponthoud in de wereldstad in '63, verblijft hij in het "moederhuis". Zegt dat iets over zijn orde?

De Volkswagen is vermoedelijk van Henk, over wie later. In '58 heeft hij Kees er in Parijs mee afgezet en is er daarna avontuurlijkerwijs mee doorgereden naar verre, zij het, vermoed ik, Europese oorden. In '63 nadert de strenge winter van '63 en is hij gewoon weer teruggereden naar Casteren, of ergens daaromtrent.

Henk, de zoon van Christ en Lies, over wie later, studeert dan al. Hoe Kees familiaal aan hen is gelieerd, weet ik niet.

Groeten: De Voetsen

Het hart van mijn ansichtenfamilie Voetsen vormen Christ, Lies en Henk, man, vrouw en kind. Christ had een betonfabriek in Casteren. Ruim genomen is hij ergens tussen 1958 en 1960 gaan wonen aan de Schoolstraat 32 aldaar. Op 18 juni 1958 schrijft Kees, over wie later, en wel naar de Hoogeloonseweg: "Dan zal jullie huis al wel onder dak zijn???" Nieuwbouw.
De Schoolstraat in Casteren bestaat niet meer. De Hoogeloonseweg evenmin. De Tomtom zei het al en het klopte.

Schoolstraat, Hoogeloonseweg: dat moet opgehelderd.
De oudste kaart uit mijn Voetsen-hoopje dateert van 1955. Daar heet het nog, naar oud gemeentelijk gebruik: Casteren C 107 (Hoogeloon had de A, Hapert de B, Casteren de C). In het gemeentelijk straatnamenbesluit van 11 maart 1955, waarbij het straatnamen-ABC werd afgeschaft, staat dít over de nieuwe straatnaam Schoolstraat:
Schoolstraat.
Volgens spraakgebruik, grotendeels behorende bij het "Kerkeneind" (zie 7). Daar echter een nieuwe naam gekozen moest worden werd advies IV gevolgd.
(Loonseweg kwam niet in aanmerking. Zie Hapert).
Men leze als volgt: in de volksmond ("spraakgebruik") heette het daar "Loonseweg". Volgens straatnaamgevingsbeginsel I (van VIII), vastgesteld en toegepast bij bovengenoemd besluit, had de gemeenteraad ervoor kunnen kiezen die benaming te formaliseren. Echter: er liep ook vanuit Hapert een weg naar Hoogeloon en in plaats van naar de Casterense, ging de eretitel naar de Hapertse. In Casteren werd voor de weg naar Hoogeloon uitgangspunt IV toegepast: noemen naar "een of ander markant gebouw", te weten: de school.
Zo waren de Hoogeloonseweg en de Schoolstraat dus een en dezelfde verkeersader.
Da's duidelijk.
Maar.

Volgens het raadsbesluit behelsde de nieuwe Schoolstraat, ofwel de vervallen Hoogeloonseweg, onder andere de "huidige huisnummers 105-108", ofwel, volgens de huidige, zij het bij onderhavig besluit afgeschafte ABC-notatie: C 105 tot en met C 108. Mijn Voetsen woonden in 1955 met hun nummer C 107 dus aan de straat die meteen daarna Schoolstraat zou gaan heten, of al zo heette -of de kaart voor of na de elfde maart is verstuurd is niet meer uit te maken - en waar het nieuwe huis van Christ rond 1960, nóg later, bijna onder dak was.
Duidelijk.
Maar.

Maar waarom noemt het raadsbesluit als "huidige bewoners" van C 105 tot en met C 108 dan alleen maar "Liebregs - v. Beek" en "Wed. Schippers - J. Huijbers"? Als het geen echtparen zijn (en zou de weduwe Schippers nog weduwe zijn als ze hertrouwd was?), zijn het er vier. Krek genoeg. Hebben B&W de Voetsen over het hoofd gezien? Met betonfabriek en al? Zit het dan toch allemaal helemaal anders? Of elders?
Ik moet dat nog eens opzoeken. Ergens.

Kerkeneind bestaat nog wel. Ik vermoed dat de oude Schoolstraat nu Dorpsstraat heet. Of het huis er nog staat?

Blij overigens dat ik dit niet hoef te lezen. Ik zou er geen bal van snappen.

zaterdag 14 januari 2012

Longlist

From: Kilgoot
To: pleuno@live.nl
Subject: RE: Boek lezen...
Date: Wed, 5 Oct 2011 22:56:19 +0200
Hoi Pleun,
leuk weer eens van je te horen. Ik druk druk druk, echt waar.
Je sms'je kwam binnen op mijn vaste telefoon. Je kent dat wel, zo'n mechanische damesstem. Moeilijk te verstaan.

We zaten in de auto op je verjaardag, op terugreis van onze vakantie. Maar hadden we je verjaardag niet al gevierd in Diessen?
Ik zal je lijst eens goed gaan bekijken. Er zit wel zware kost tussen, zeg! Hebben ze al die boeken op school? Is er een goeie bieb in de buurt?
Wat er niet tussen staat en een goeie opwarmer is: Oeroeg van Hella Haasse. Dun boekje. Zo uit. En leuk. Ook van haar en leuk is: Heren van de thee. Ook leuk: De Engelenmaker van Stefan Brijs. Stuk dikker, maar wel boeiend. Begin daar maar es mee. Wat er ook niet op staat en toch zeer mooi is: De ontmoeting, van Antoon Coolen.
Spreek je nog! Groeten aan Stijn.

Nonkel

From: Kilgoot
To: pleuno@live.nl
Subject: RE: Boek lezen...
Date: Thu, 6 Oct 2011 17:26:42 +0200

Hoi Pleun,

hier het vervolg van nonkels literaire advisering.
We waren overigens in Bretagne, dat had gramps helemaal goed, hoewel ik vermoed dat ze denkt dat het in Engeland ligt.
Hopla, gaat-ie. Ik begin bovenaan maar stap dan over op kriskras.
Rene Appel is niks. De man schrijft detectives. De titel van deze wijst op een overdosis maatschappelijk engagement, de beste garantie voor een saai boek en beste Pleun, laat ik je dit alvast zeggen, want je komt er toch wel achter: literatuur is van zichzelf al saai genoeg! Anders dan de boeken die je totnogtoe gelezen hebt, gebeurt er helemaal niks in literatuur. Er vloeit weinig bloed, er wordt weinig gezegd, de personages komen weinig buiten. Ze lopen eigenlijk alleen maar te tobben over hun jeugd en hun relaties. Voordeel is wel dat literatuur zelden slecht afloopt. Als er niks gebeurt, kan er ook niks slecht aflopen.
Nounou nonkeltje, zul je zeggen, wat zijn we weer vrolijk. Gelijk heb je. Ik vervolg het vervolg.

De beste schrijver van allemaal is Arnon Grunberg. Zijn beste boek staat er niet op: Huid en haar. Arnon Grunberg is ook Marek van der Jagt (pseudoniem). Gstaad 95-98 zou ik maar overslaan. De slechtste schrijver van allemaal is Maarten 't Hart.
Herman Koch zul je wel kennen. Zijn boeken zijn bestsellers. Knielen op een bed violen was een paar jaar geleden ook een bestseller. Gaat over een streng gereformeerd gezin uit de bollenstreek. Vonne van der Meer heeft ook altijd goed verkocht. Deze mevrouw is katholiek en erg spiritueel ingesteld, als je dat wat zegt. Eigenlijk meer iets voor middelbare dames. Overigens geldt voor alle vrouwelijke auteurs op de lijst wel, dat, als je zou vragen, Wie is nou je doelgroep? het antwoord zou zijn: vrouwen in de overgang. Wil je zo lang niet wachten, lees dan De Tweeling van Tessa de Loo en laat Connie Palmen maar zitten. Misschien een boekje ook van Renate Dorrestein of Jessica Durlacher (De dochter). Helga Ruebsamen ken ik alleen van naam. Haar boek Het lied en de waarheid is misschien wel de moeite waard. Ben ik zelf eigenlijk ook wel benieuwd naar.
Jeroen Brouwers is voor middelbare mannen. Beveel ik je niet aan. Omdat je het een noch het ander bent.

Tim Krabbé schrijft dunne boekjes. Daar zul je nog naar snakken. Kathy's dochter had ik mee naar Bretagne. Kwam er niet doorheen. Misschien toch wel iets voor jeugdigen. Marte Jacobs is beter. Christiaan Weijts zal je ook wel aanspreken (mij wel).

De boeken van Nescio zijn klassiekers. Zul je niet veel plezier aan beleven. Karakter van Bordewijk idem. Hoef je van mij niet gelezen te hebben. Marcellus Emants leefde in de negentiende eeuw maar beveel ik je toch aan. Max Havelaar heb je al gelezen. Toch? Louis Couperus leefde van 1860 tot 1923. Een schrijver voor taalkundige fijnproevers. Ben je dat? Lees dan Van oude menschen de dingen die voorbijgaan. Van Eeden en Van Deyssel kun je het beste overslaan. Ik durf te wedden dat de leraren die zelf ook niet gelezen hebben (behalve meneer Vos).
Ronald Giphart is wat wij vroeger noemden Popie Jopie (na het bezoek van de paus aan Nederland, midden jaren 80). Voor een beginnend literatuurlezer misschien wel aardig. Hetzelfde geldt voor Theo Thijssen (heb je die al niet gelezen?) en Annejet van der Zijl. En Simone van der Vlugt. Die zul je wel kennen. Schrijft ook kinderboeken en detectives. De boeken die hier genoemd worden, ken ik niet. Frank Martinus Arion is een Antilliaan. Dubbelspel is 'de grote Antilliaanse roman'. Ik vrees dat je er niet veel aan zult vinden. Aan Joe Speedboot van Tommy Wieringa waarschijnlijk weer wel.

W.F. Hermans, Gerard Reve en Harry Mulisch worden beschouwd als de grote drie van de naoorlogse literatuur. Mail me later nog maar es, als je van een van hen iets zou willen lezen. Ze geven wel cachet aan je lijst. Hella Haasse is de vierde van de grote drie, Jan Wolkers de vijfde. J. Bernlef de elfde.

De intelligentste van allemaal is Simon Vestdijk. Ivoren wachters gaat over een puber. Terug tot Ina Damman ook maar lees toch maar Ivoren wachters.
Annelies Verbeke en Dimitri Verhulst kan ik je beide aanbevelen, achtereenvolgens: De helaasheid der dingen (komisch!) en Slaap. Allebei niet dik.

Van poëzie weet ik niet zo heel erg veel. Tjitske Jansen ken ik niet. De gedichten van Vasalis zijn moeilijker dan ze lijken. Misschien is dat wel zo met alle poëzie. Rawie is het leukst van de hier genoemde dichters. Zelf hou ik wel van de dichter J.C. Bloem (niet op de lijst). Remco Campert heeft ook veel gedichten geschreven. Leuker dan die van Tjitske Jansen, denk ik.

Adriaan van Diks lijkt me niks. Ik moet er wel bij zeggen dat ik hem alleen maar ken van de TV.

Willem Elsschot is de grote één van Vlaanderen. Van hem zou je eigenlijk wel iets moeten lezen. Zijn boeken zijn dun en heel eenvoudig. Alleen, zoals dat gaat met literatuur, ga je er wel over nadenken en blijkt het bij nader inzien allemaal helemaal niet zo eenvoudig. Daar krijg je problemen mee. Het omgekeerde komt ook voor: Kees van Beijnum. Oesters van Nam Kee zul je wel leuk vinden.
Arthur Japin moet je mijden. Is er ook een voor oudere dames. Net als Karel Glastra van Loon. Wil je van de laatste toch iets lezen kun je beide titels nemen. Frénk van der Linden ken ik alleen van de radio. In landen met een verstandiger regering dan die van ons, zou het hem waarschijnlijk verboden worden om boeken te schrijven.
Van de volgende schrijvers vermoed ik dat het hedendaagse schrijvers zijn, weinig bekend en - als ik zo vrij mag zijn - om die reden waarschijnlijk ook niet de moeite waard (van Ricus van de Coevering en Robert Haasnoot weet ik het zeker): Annie van Keymeulen, Joost Heyink, H.M. van den Brink, Pia de Jong, Vera Klaassen, David de Poel en Pieter Toussaint. Van Hiske Dibbets weet ik het niet. Misschien is De gifmengster wel een goed kinderboek. De titel en haar voornaam doen zoiets vermoeden. Oek is ook een vrolijke naam; Hokwerda's kind niet zo'n vrolijk boek. Lees liever Cirkel in het gras of Opzwaaiende zomerjurken (niet op de lijst).
Van Thomas Rosenboom zou je Publieke Werken kunnen lezen (als je tijd over hebt). Een goed boek. Hij is denk ik een van de grote drie uit de periode na de naoorlogse grote drie. Hij heeft nog een ander boek geschreven, Gewassen vlees (niet op de lijst), dat beter is dan al het andere op de lijst.
Ben ik er nog vergeten? Zwagerman. Ik vergeet Zwagerman. Doe jij ook maar. Leon de Winter, tja, weet ik eigenlijk niet. Als je hem wil proberen, zou ik nemen: Zoeken naar Eileen (hij is overigens getrouwd met Jessica Durlacher). De Hydrograaf van Allard Schröder is te moeilijk. Ook voor de leraar. Dus doe maar niet. Breng je hem alleen maar mee in verlegenheid. Manon Uphoff is een dikkerdje. Haar boeken niet. Kunnen er altijd tussendoor. Geerten Meijsing lijkt op Leon de Winter. Hij heeft ook een zus (lesbisch), Doeschka, wier boekje Over de liefde voor jou misschien wel aardig is. Nicolaas Matsier kun je vergeten. Doet iedereen. Marcel Möring ook. Gerrit Komrij is een bejaarde homosexueel. Kan me niet voorstellen dat je daar iets in ziet.

En ach, Rascha Peper, Wanda Reisel, Nicolien Mizee... ze konden mooie opstellen schrijven op de middelbare school en er daarna niet meer mee ophouden. Bruidsvlucht is verfilmd. De film is waarschijnlijk beter dan het boek.

Toneelstukken zou ik niet lezen. Toneel is om te doen.

Ik wil eindigen met Margriet de Moor. Margriet de Moor is niks.

Je hebt me intussen opnieuw gemaild. Deze is gedeeltelijk achterhaald. Maar misschien toch wel bruikbaar.

Groet,

Nonkel

zaterdag 7 januari 2012

Kort van achter en langszij, bovenop wat langer

Gisteren en vandaag mijn nichtje te logeren gehad. Zonder haar broer deze keer. Opgehaald bij haar moeder in Hapert. En passant langs het kerkhof. Waar alles in orde. Daarvóór naar de Action, de Albert Heijn en de kapper. Daarná naar Tinker, taylor, soldier, spy. In de cinema. Dáárna De ontdekking van de hemel, Zwartboek en Goodbye Lenin, thuis. Slecht geslapen op de bank, Pleun in bed. Vandaag samen foto's ingeplakt, het kind naar mijn broer in Eindhoven gebracht, dáár koffie. Toen zijn vriendin even weg moest, bleven wij vieren onder mekaar in een vreemd huis.

donderdag 5 januari 2012

Straatnamen (3)

Wat je niet wilde als je een gemeente was in Brabant, waren straatnamen die niets met de 'eigen plaats of streek' te maken hadden, als daar waren de Trompstraat of de de Ruyterstraat. Het was hier immers een 'zandstreek', waar zeehelden niet tot de verbeelding spraken.
Ook met geleerden als Edison, Volt en Ampère achtten B&W ons niet verbonden.

Wat je ook niet wilde, om praktische redenen, waren hele lange straatnamen of straatnamen die moeilijk waren uit te spreken. Te denke viel aan Baron van Tuyl van Serooskerkestraat. Als je dat iedere keer moest zeggen als ze vroegen waar je woonde... Of: Deken van Ossstraat, waarbij de gemeentesecretaris de drie sss'en onderstreepte. Niet uit te spreken. Een tongbreker was ook Neterselseweg. Men gaf voor de betreffende weg de voorkeur aan Kranenberg, de naam die men aanvankelijk in gedachten had voor de Westelbeersedijk. De Westelbeersedijk zelf werd dan maar gewoon Westelbeersedijk omdat de naam al algemeen werd gebruikt (algemeen principe I) en 'tevens gemakkelijk is voor het rijwielverkeer'.

Sportfiguren en andere beroemdheden vielen af omdat hun roem maar tijdelijk was. In aanmerking kwamen slechts zij wier verdienste 'blijvend' was. Zover ik kan zien, vond men maar één blijver, de al genoemde pater van den Elzen, die zich, zoals velen wel zullen weten, begin vorige eeuw verdienstelijk heeft gemaakt voor de gehele zandstreek.

woensdag 4 januari 2012

Buitendorpsen: Sherlock Holmes

Op Nieuwjaarsdag op de BBC het eerste deel gezien van de nieuwe Sherlock Holmes-serie (Benedict Cumberbatch). Duizelingwekkend. Loopt nu niet meer met een laptop in zijn jaszak. Zo snel gaat het. Is vooral in de weer met de smartphone van Irene Adler. Aanstaande zondag deel twee: The Hound of the Baskervilles. Zit dan waarschijnlijk in de auto (ik).

Ook nog geen tijd gehad om A Scandal in Bohemia te herlezen. Ben dezer dagen druk met de familiefoto's. Heb de mijnen beloofd ze tegen mijn vijftigste verjaardag in 'goede, geordende en toegankelijke staat'* te hebben en die zit er aan te komen.
Vrijdag komt Pleun** logeren. Misschien wil ze me helpen.




*  Archiefwet 1995, artikel 3
** petekind (25/08/1995)