compter uijt

Compareerde voor Adriaan de Greeff Praesident en Johannis arnoldus van assen Schepen in Bladel Johanna Eskens huijsvrouwe van Jan Bals nagtroeper alhier, dewelke ter instantie en Requisitie van den Heer Johan willem daniel de Jongh, stadhouder van den Heere quartier Schout van Kempeland, verclaart, dat op sondagavond sijnde geweest den 11 deser savons omtrent 10 uure off halff elf wanneer haar man op de weg was om de uur van tien te roepen, aan haar huijs, sijn gekomen Theodorus Smolders, Jan batist Swanen en Gerard borgers, slaande op hare vensters en roepende compter uijt, waarop de deponente de deur op maakte, en sijde wat isser aan mijn huijs te doen, waarop voorn: persone sijde com hier canaelje dat sulle wij u seggen en waarop de vrouw om hulp riep en over haar man com gouw nahuijs, wanneer voorn: parsonen sijn weg gelopen nemende den weg na de roomse kerk, dat de Heer Vitus Willem van Crullenberg Schepen alhier op dat geroep bij haar deponente is gekomen om te sien wat er te doen was, dat voorn: Crullenberg bij haer deponente nader is gekomen en gesegt heeft sij sijn al weg sijt maar gerust, dat voorn Crullenberg even buijten de deur van haer deponents huijs was sij de deponente heeft gesien, voorn Dorus Smolders Jan Batist Swanen en geraard burgers, en als doen heeft gehoort dat voorn: hr. Crullenberg tegens hen seijde, soo straatschenders bent gij daar, ik blooff u: wij sullen malkanderen morgen spreken, waar op Theodorus Smolders met een bloot mes voorn: heer Crullenberg een snede in sijn aangesigt heeft toegebrogt sodanig dat hij sterk Bloeijde, waarop voorn: parsonen aanstonds sijn weg gelopen

Eijndigende sij deponente hier mede haare op regte verclaringe waarbij deselve na duijdelijke praelecture heeft gepersisteert gevende voor Bedenen van welwetendheijd als in den text, en al haar gedeponeerde te hebben in verschen geheugen, en heeft het selve bevestigt met de woorden soo waerlijk mogt haer God almagtig helpen.

Aldus gedaan ten overstaan van Praesident en Schepen voornoemt die dese neffens, de deponente en mij Secretaris ten prottocolle eijgenhandig hebben ondertekent op heden in Bladel den negentienden Januarij 1700 agten seventigh

jonna eskes

ADGreeff

J:A: van Assen

mij praesent

V. W. Crullenberg