Dat een straat een haakse bocht kon hebben, ging er bij mij als kind niet in. Als het ging over dat deel van de Molenstraat waar de speeltuin was en Annemieke Lepelaars en mijn tante Anneke woonde, ging het voor mij over de 'andere Molenstraat'. Ons deel van de Molenstraat zal men wel te kort gevonden hebben om recht te doen aan de grootheid van de molen, zo redeneerde ik en dus hebben ze er nog een straat meer naar vernoemd.
Van de week betrapte ik me erop dat ik het nog steeds zo zie en zeg en schrijf: de andere Molenstraat. Het heeft zich als een winkelhaak vastgezet in mijn hoofd, dat andere.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten