Gisteren de selectie geselecteerd voor de Huissense boekenmarkt, een van de weinige waaraan ik nog deelneem (zaterdag 6 september aanstaande, komt allen!). Moest nog voor de vakantie, want in de week erna ontbreekt me de tijd. 'Selecteren' klinkt zowel gewichtig als eenvoudig. Het is alleen het eerste. In mijn geval namelijk, behelst het het tientallen keren op- en aflopen van 27 traptreden, mét bananendozen vol boeken. Enfin, ik zal mij er in stilte over verheugen, dat ik het nog kan en er verder over zwijgen.
En passant (letterlijk) heb ik de zolder wat opgeruimd. Er valt weer te lopen. In een hoekje achter de boksbal en de kapotte monitor vond ik een bananendoos, waarin behalve mijn verloren gewaande UNIFIL-insignia en wat aanzetten tot scabreuze literaire werken uit de begintijd van mijn echtscheiding, een stapeltje oude prentbriefkaarten. De volgende twee interesseren wellicht de ene of andere historische antropoloog of antropologische historicus. Zo niet, dan geef ik ze aan de schoonmaakploeg, al vind ik wel, dat die eens moet ophouden met zeuren over paperclips en elastiekjes, die de stofzuiger stuk zouden maken. In 2014!
Alger (Afrika), Woensdag, 8 mei 1901. – Lief wefke en kinderen, maandag 6 mei heb ik uwen brief ontvangen, ge ziet dat hij lang onderweg blijft, en dat ik nog al ver ben. Ik heb u zaterdag 4 mei zes kaartjes gestuurd en naar Jaak ook een. Het is nog altijd heel warm, maar ik heb dat gaarne. ’S avonds is het hier maar gevaarlijk, die Arabieren zijn echte moordenaars, in de week hebben ze hier nog drij franschmans vermoord. Ge moet eens zien in de gazettenwinkel van die letterzetter van den Opinion daar zult gij een gekleurde plaat zien, ge weet wel die gazet die ik vroeger altijd kocht, de Petit Journal, daar staat van onder iets op, het laatste woord is Marguerité, daar zit nen Arabier te paard die aan ’t vechten is, awel wefke, dat is hier in Alger overlaatst gebeurd, ge moet mij eens laten weten of ge het gezien hebt. Als gij deze kaarten ontvangt ben ik terug op zee om naar Zwitserland, en naar hier kunt ge niet meer schrijven want het is te laat, ik zal mijn adres op een van de kaartjes zetten waar ik naar toe gaan. Zoodus wefke, ontvang vele kussen voor u, Sofie, Joske en Clara.
Alger (Afrika) woensdag, 8 mei 1901. – Lief wefken, hier van onder op deze kaart zal ik mijn adres op zetten waar ik van hier naar toe ga. Hier zijn zou geen schoon kaartjes al in Zwitserland. Als ik geld opstuur zal ik altijd een brief ook schrijven om op uwe brieven te antwoorden. De komplementen aan Jaak en Marie, en ontvang vele kussen voor u, Joske en Clara.
Apollo-Theater, Berne (Suisse)*
Geen opmerkingen:
Een reactie posten