donderdag 3 september 2020

Corona (waar was ik?)

Hier een uit de jeugd van het virus:

Op Facebook attendeerde mijn zwager zijn lezers onlangs op een interview met Geert Mak in de NRC: 

" ... deze pandemie zal zeker voor herbezinning zorgen. Naast de globalisering gaat immers ook het op één na grootste dogma van de voorbije decennia aan het wankelen, de vrije markt. Je ziet nu een hele reeks vitale beroepen die vrij mogen bewegen, zoals verplegers. Het zijn grotendeels dezelfde sectoren die het voorbije jaar zijn afgeknepen door besparingen. Eigenlijk zien we nu dat de vrije markt een schijnwerkelijkheid is geweest. Men vond het bijvoorbeeld ook niet rendabel om vaccins tegen coronavirussen te ontwikkelen terwijl alle virologen zo’n pandemie zagen aankomen. Naast een renationalisering zullen we nu een veel grotere aandacht en eerherstel voor de publieke zaak zien, denk ik."

Die aanstaande herwaardering van de publieke zaak is long overdue. Als er één ding is wat de corona-crisis duidelijk heeft gemaakt is het wel dat de mensen die het land het hardst nodig heeft niet in de private maar in de publieke sector werken en dat ze bar slecht betaald worden. Dat zal goddank veranderen. De vele steunbetuigingen voor verpleegkundigen en archiefmedewerkers moeten toch ook tot in Den Haag zijn doorgedrongen en zullen hun uitwerking niet missen. We hebben allemaal kunnen zien en zien nog dagelijks hoe verplegenden en archiefmedewerkers zich uit de naad werken op de Intensive Care-afdelingen van de ziekenhuizen en in de archiefkelders van de gemeentehuizen, zonder mondkapjes of beschermende kleding en met alle risico’s van dien. Onderbeschermd en onderbetaald staan zij dagelijks pal voor de publieke zaak.

Lenteloos voorjaar

Eerst vind je een kortere weg naar het dorp, dan een nog kortere en op je laatste dag de allerkortste. Ik heb iemand gekend die meteen de allerkortste vond. Sinds ik van haar gescheiden ben, zijn mijn vakanties één grote omweg.

Dit is een ingekorte versie van een blog die ik heb geconcipieerd tijdens een vakantie in Ootmarsum in 2017. Ik heb hem niet gepubliceerd, ik heb het gecheckt. Da’s maar goed ook want herlezend merk ik dat ik niet alleen moeite had de kortste weg naar het dorp te vinden, ook mijn proza zat vol omwegen.

Op woensdag een fiets gehuurd.

Altijd als ik ergens fiets buiten de driehoek Tilburg-Eindhoven-Hapert heb ik het idee door een ver buitenland te rijden. Arabië deze keer. Merkwaardig. Het landschap is hier zo groen als eertijds de grasmat op de kleurentelevisie van ome Janus en toch heb ik het idee dat ik in Arabië ben. Als ik de driehoek Tilburg-Eindhoven-Hapert ontstijg, vliegt mijn verbeelding alle kanten op. Dat geeft te denken.

in Almelo heb ik Lenteloos voorjaar gekocht, het oorlogsdagboek van Hanny Michaelis. Thuis heb ik daar erg over getwijfeld, op vakantie weet je zoiets meteen. Heb vroeger les gehad van de bezorger. Daarna nog veertig kilometer gefietst met Hanny in mijn rugzak, op een huurfiets met zeven versnellingen, een kapotte bel en een niet zo harde achterband. Kan Hennie Kuiper niet zeggen.